De geldigheid van een cadeaubon verschilt vaak per uitgever. Uit onderzoek van de Consumentenbond blijkt dat meer dan de helft van alle Nederlanders de geldigheid van een cadeaubon heeft laten verlopen.[1] Voor de consument is dit een doorn in het oog. Wat zegt de wet eigenlijk over de geldigheid van een cadeaubon?
Voor het antwoord op deze vraag is de juridische kwalificatie van een cadeaubon van belang. Een cadeaubon moet in beginsel gekwalificeerd worden als een vorderingsrecht aan toonder. Door middel van een vorderingsrecht aan toonder verklaart de schuldenaar (de uitgever) dat de persoon die hem het vorderingsrecht kan tonen (de cadeaubonhouder) een vordering op hem heeft. Het vorderingsrecht van de cadeaubonhouder is aan verjaring onderhevig. Dit betekent dat de cadeaubonhouder na ommekomst van de zogenoemde “verjaringstermijn” zijn vorderingsrecht niet meer jegens de uitgever kan afdwingen en de cadeaubon aldus zijn geldigheid verliest. Er zijn drie verschillende verjaringstermijnen te onderscheiden.
- Uitgangspunt: vijf jaar
De wet schrijft voor dat een rechtsvordering tot nakoming van een verbintenis uit overeenkomst tot een geven of doen, verjaart door verloop van vijf jaren. Deze termijn vangt aan de dag na het opeisbaar worden van de vordering. Deze regel is van toepassing op cadeaubonnen. De vijfjaarstermijn vangt aan op de dag na de dag waarop de cadeaubon voor het eerst kan worden gebruikt. De uitgever van de cadeaubon kan in zijn algemene voorwaarden een kortere verjaringstermijn opnemen.
- (Te) korte termijnen: korter dan een jaar
Tegen onredelijke termijnen wordt de consument evenwel beschermd. Een beding in de algemene voorwaarden waarin een verjaringstermijn van korter dan een jaar is opgenomen, wordt door de wetgever aangemerkt als onredelijk bezwarend. De wet geeft de consument het recht om een dergelijk beding zowel in als buiten rechte te vernietigen. Wordt het beding met succes vernietigd, dan vallen partijen terug op de wettelijke verjaringstermijn van vijf jaar.
- Vermoed onredelijk bezwarend: tussen een en vijf jaar
Een verjaringstermijn van langer dan een jaar, maar korter dan vijf jaar wordt door de wetgever vermoed onredelijk bezwarend te zijn. Er zal op basis van de concrete omstandigheden van het geval getoetst moeten worden of sprake is van een onredelijk bezwarend beding. In het geval van een cadeaubon kan er sprake zijn van een onredelijk bezwarend beding indien de verjaringstermijn en de datum van uitgifte niet vermeld worden op de cadeaubon of een document dat verstrekt wordt bij de levering van de cadeaubon.
Heeft u een vraag over de geldigheid van uw cadeaubon of wilt u weten of een beding in uw algemene voorwaarden aan vernietiging onderhevig is? Neem dan contact op met onze sectie algemeen verbintenissenrecht. Wij beantwoorden uw vragen graag.
Milan van Woensel, sectie algemeen verbintenissenrecht
[1] B. Quist, ‘Geef mij maar geld’, Consumentengids, Consumentenbond.nl